Naar aanleiding van het verschijnen van ‘De jongen van het godeneiland’ heeft het WeesperNieuws mij geïnterviewd. De volledige tekst van het krantenartikel lees je onder de foto.

Het boek ‘De jongen van het godeneiland’ is het afsluitende deel van Rindert Kromhouts Italiaanse trilogie en ligt vanaf nu in de boekwinkels. Tegen het decor van Sicilië in 2012 vertelt de Weesper schrijver een aangrijpend verhaal over keuzes, dromen en een zoektocht naar een beter leven.
De trilogie begint in 1948 in Rome met De poppenspeler van Lampedusa, waarin we Matteo en Davide als 18-jarige jongens ontmoeten. Het tweede deel, Liefde en dood in de rode stad, brengt ons in 1980 naar Davide, nu 49 jaar oud. In het derde en laatste deel, De jongen van het godeneiland, speelt het verhaal zich af in 2012, wanneer Matteo, inmiddels 82 jaar, zijn leven op Sicilië voortzet.
Oude poppenspeler
Net als Davide in het tweede boek, speelt Matteo ook een belangrijke rol, zij het als tweede personage. “Luca is de hoofdpersoon. Hij woont op Sicilië. Er is weinig toekomst daar.” Luca verkoopt kaartjes voor het museum over de schrijver Luigi Pirandello, totdat de oude poppenspeler – Matteo – ten tonele verschijnt. “Hij daagt Luca uit boeken te gaan lezen, rondleidingen te geven en verhalen te vertellen.” Hij leert Luca hoe hij echt iets van zijn leven kan maken en niet moet blijven hangen in de uitzichtloosheid.
Het eiland kent een grote toestroom van vluchtelingen uit Afrika. Vanaf Sicilië willen mensen doorreizen naar Europa. Zo ook de jonge Achmed. Maar waarom blijft hij zo lang in de stad rondhangen? Beseft hij niet dat vluchtelingen hier vaak het slachtoffer worden van de meedogenloze maffia?
‘Verrukkelijk om onderzoek te doen’
Rindert Kromhout zit in zijn werkkamer en heeft de drie boeken op schoot. De serie is compleet. Net zoals bij zijn andere boeken, heeft Kromhout nu ook weer uitvoerig onderzoek gedaan. Hij leest tientallen boeken om zich volledig onder te dompelen in de wereld waar het verhaal zich afspeelt. “Ik vind het verrukkelijk om al dat onderzoek te doen. Heerlijk, om je zo in een wereld te verdiepen alsof je er zelf bent geweest.” De werkkamer van Kromhout staat vol met boeken: in verschillende boekenkasten, in nette rijen op de grond en er ligt een geordende stapel op een tafeltje bij het raam. “Hier ben ik alweer mee bezig voor het volgende boek over Mussolini.”
“Heerlijk, om je zo in een wereld te verdiepen alsof je er zelf bent geweest”
Naast dat Kromhout de literatuur induikt heeft hij voor dit boek ook een reis gemaakt naar Italië. “Ik wil altijd naar de plekken toe waar ik over schrijf, zodat als ik een scene schrijf die zich op een bepaalde locatie afspeelt, ik dat goed kan omschrijven.”
Ook voerde hij gesprekken met jonge vluchtelingen. “De manier waarop zij hun verhaal vertellen is helemaal niet emotioneel. Juist heel afstandelijk, om zich zelf te beschermen.” Deze jongeren zijn kwetsbaar, vertelt Kromhout. “Hierdoor zijn ze makkelijker te beïnvloeden, waardoor de maffia ze graag wil rekruteren.” Een probleem wat ook in het boek naar voren komt.
Inspireren
Voor Kromhout is het boek niet alleen een verhaal over jongeren die zoeken naar een toekomst, maar ook over de invloed van volwassenen die hen kunnen inspireren. In het boek speelt Matteo die rol voor Luca, maar in Kromhouts eigen leven was het Tonke Dragt die hem inspireerde. Ze overleed afgelopen zomer, en haar invloed als goede vriendin en mentor blijft onmiskenbaar. “Als jonge schrijver heb ik veel aan haar gehad”, vertelt Kromhout.
“Het is niet zo dat ik van haar móest schrijven, maar haar bevlogenheid stak mij aan. Ze was altijd iemand die me inspireerde. Ik denk dat jongeren er baat bij hebben dat ze minstens één volwassene in hun leven hebben die ze de juiste weg op kan sturen, ze kan enthousiasmeren en inspireren.”